woensdag 7 december 2011

Vijftig


Amsterdam. De vlag hangt uit als je het station uit komt. Het is feest!


Eerst naar de Stadsschouwburg, voor koffie met gebak...


... dan naar Wildschut, voor een hapje en een drankje...


... en dan, terwijl we ons onderweg nog even vergapen aan de etalage van bakker Arnold Cornelis in de Van Baerlestraat, op weg naar...


... het Concertgebouw, voor The Planets, van Gustav Holst!


Het hoort er allemaal bij, als je vijftig wordt.


Holst componeerde The Planets in 1914, aan de vooravond van de Eerste Wereldoorlog. Deze astrologische cyclus bestaat uit zeven delen: Mars, Venus, Mercurius, Jupiter, Saturnus, Uranus en Neptunus. Van de negen planeten ontbreken de aarde en Pluto, de laatste omdat deze zogenaamde dwergplaneet pas in 1930 ontdekt werd. De suite werd geschreven voor een zeer groot orkest en een onzichtbaar koor.

De melodie uit het deel Jupiter kennen we ook van de hymne I vow to thee, my country. De tekst is een gedicht van Sir Cecil Spring-Rice, waarvoor Holst de melodie in 1921 bewerkte. Het is een melodie die je maar moeilijk uit je hoofd krijgt. Zo mooi. Altijd gespeeld bij speciale gelegenheden. Zoals op de Royal Edinburgh Tattoo, waar ik het hoorde in 2010. En nu weer, plotseling, zonder dat ik het vermoedde, verstopt in het muziekstuk. Echt een verrassing.

Het Koninklijk Concertgebouworkest stond onder leiding van James Judd, jongstleden maandag nog overgevlogen uit Florida. Hij verving een zieke Mariss Jansons.

1 opmerking: